James Brown, Bedbugs, Noorwegen, Berlijn, NL
Door: Martin
Blijf op de hoogte en volg Martin
26 September 2006 | Verenigde Staten, Washington, D. C.
Martin's got a brand new bag! Letterlijk, dat is waar ik mee thuis kwam toen ik gisteren naar de Godfather of Soul ben geweest, mr. James Brown. Mede redenerend dat het best wel eens de laatste kans zou kunnen zijn voor hij het loodje legt, heb ik op het laatste moment een kaartje gehaald om de 73 jarige legende in het IU auditorium te gaan zien. In zijn roze glitterpak ging hij nog goed tekeer terwijl hij zijn greatest hits show afwerkte en kon je eigenlijk niets anders zeggen dan 'He is soooo funky!'. James danste met de diva's en schaarsgeklede danseresjes die hij bij zich had, verklaarde ons de liefde, dook achter de piano, dan weer op de grond en vertoonde buitenaardse gelaatstrekken. Lydia, haar vriendinnen Rachel en Kendall, en ik gingen uit ons dak al stonden we ver weg op het balkon. Vooral elke keer dat hij zich een nieuwe glitterende cape om de schouders liet draperen en hem er vervolgens een paar seconden later weer vanaf te laten glijden, als herboren verschijnend. Normaliter haak ik af bij uitgerekte jams, maar James komt er mee weg, afsluitend met een 19 minuten durende versie van Sexmachine. Het hoogtepunt kwam na de show bij de merchandise stand, waar naast de nodige waszakken en andere brand new bags en t-shirts ook JB hand- zak- en theedoeken, oorwarmermutsen en damesondergoed verkrijgbaar waren. Dat laatste alleen in de maat XL, maar de dames waren verkocht en schaften allemaal een paar aan. Ze lopen nu stiekem met James op hun kont, die volgens hen de opwindendste zeventiger ooit was.
Voor ik verder ga met de beloofde reisverhalen, nog iets meer hier en nu. Sinds ik voor het laatst schreef heb ik een stuk of 25 proefpersonen gemarteld met 800 flitsende letters elk, maar ze hebben zo te zien weer niet gedaan wat ik wilde. Dat is de glamour van de wetenschap. Mwah. Voor sneller beloond werk heb ik maar weer eens auditie gedaan (voor een dramaserie dit keer) en ben ik lekker radio aan het maken. Ik heb een vrijdagavond show genaamd 'Lekkere tracks' (mjam, mjam, pun intended), in Nederland te horen om 03:00 op de vroege zaterdagmorgen op www.wiux.org - en binnenkort op archief. Ik draai niet-Amerikaanse, elektronische en dansbare muziek en doe soms ook een extra downtempo lounge/wereldmuziek show overdag. Het blijkt aan te slaan: Ik ben genomineerd voor de 'DJ of the Month' award! Mijn co-dj Leah is helaas ziek en ik doe het tot dusver alleen - ze is manisch depressief. Ik heb haar in een manische periode gevraagd om het te doen en ze was er wild van, maar nu komt ze over het algemeen niet uit bed. Vanwege het geweldige Amerikaanse zorgverzekeringsstelsel heeft ze tot dusver nog geen hulpverlening willen zoeken, maar het lijkt er nu van te gaan komen.
Iets wat mij heeft beziggehouden in mijn nieuwe huis is de speurtocht naar een onzichtbare vijand die me in mijn enkels bijt en heel erg jeukende bulten achterlaat. De verdachten zijn bedbugs, muggen en kattevlooien en ze dempen mijn woonplezier een klein beetje. Ze willen niet gevonden worden! En ik zou ze ook niet accepteren in de familie dus dat komt mooi uit. Misschien kan ik wel een presentatie over mijn probleem geven in het vak dat ik volg over zoekstrategieen, twee muggen in een klap!
Terug naar juli, naar het moment dat ik, na een emotioneel intens verblijf in Nederland van slechts 32 uur, met mijn verdwaasde bakkes in het vliegtuig naar het hoge Noorden stapte. Tot dusver was ik niet dichter bij de poolcirkel gekomen dan in Schotland en Letland, mijn ouders en ik houden niet zo van kou en dus trokken we consequent zuidwaarts in de zomervakanties. De Annual Summer Interdisciplinary Conference (ASIC) waar ik naartoe ging was een mooie gelegenheid om mijn vooroordelen over Scandinavie aan een test te onderwerpen. Koud, Duur en Kneuterig, dat is waar ik me op voorbereidde tijdens mijn vlucht naar Oslo. Het viel allemaal wel mee. Zelfs het 'duur' aspect, want de universiteit betaalde de aan het congres gerelateerde onkosten. Ik hoefde slechts mijn biertjes (luisterend naar de naam OL) te rantsoeneren en dan liep het allemaal wel los. De zaterdagnacht bracht ik in de hoofdstad door, dwalend over de met kinderkopjes geplaveide straten, van toog tot toog tussen de beschonken Noren door. Veel mooie mensen, straatmuzikanten en leven in de brouwerij tot de sluit om 03:00. Ik had me tegen die tijd tussen het langharig tuig verschanst om een blik te kunnen werpen op de beruchte Noorse metalscene en was enigszins verrast toen ik buiten kwam en het alweer licht begon te worden. De vogeltjes floten eer ik bij de jeugdherberg was. Uiteraard werd ik de volgende ochtend pas na de uitcheck tijd wakker en had ik maar een paar uurtjes over om de stad bij daglicht te kunnen bekijken. Het centrum is niet groter dan dat van Amsterdam en er is minder te zien, dus ik heb rustig aan het water de zondagmiddag aan me voorbij laten trekken. Ik verwonderde me nog even over waarom er een indiaan op een straathoek stond en dat de Noren heel erg georganiseerde mensen zijn, maar zonder schroom door rood licht blijken te lopen. Zie de foto's op http://indiana.facebook.com/photos.php?id=6847021&l=80dd5
Vervolgens pakte ik de trein richting Andalsnes, 5 uur ten noorden van de hoofdstad, waar het congres plaatsvond. Modern, rood en snel! De Noorse bossen en meren trokken aan me voorbij. Heel spannend was het landschap nog niet, maar wel lekker groen en een zegen vergeleken met de maisvelden van Indiana. Ook het concept 'treinreis' was buitengewoon fijn. Het was voor mij zo vanzelfsprekend dat je nooit ver van een station bent, maar ik ontmoet hier regelmatig mensen die nog nooit in een trein hebben gezeten. Het station van Indianapolis, ooit stopten er ruim 200 treinen per dag, is decennia geleden al omgebouwd tot winkelcentrum. Enfin. Zelfs de boemel waar ik voor het laatste stuk op overstapte was van alle gemakken voorzien. Dat laatste stuk van de rit was prachtig, we reden onderlangs de 'Trolstigen', met 1000 meter steil omhoog de hoogste klif van Europa. Wellicht vraag je je nu af waarom dit congres niet in Bergen, Trondheim of Oslo georganiseerd werd? Het wil zo zijn dat de prof. waar ik voor werk en die dit congres elk jaar organiseert, Rich Shiffrin, een vervent klimmer is en altijd plekjes uitzoekt met mooie rotsen om op te klauteren. Ik neem het hem niet kwalijk, werk en vertier combineren is wat mij betreft een groot goed! Andalsnes bleek een gehucht van de klasse: de hotelbar is de enige in het dorp. Ik trof er mijn kamergenoot Josh, de zoon van een van de wetenschappers die op het congres zou spreken en heb het grootste deel van de week - buiten de praatjes om - met hem opgetrokken. Daar was overdag ruim tijd voor, want de sessies met sprekers vonden van 16-20u plaats. Ook 's avonds na het gemeenschappelijke diner konden wij, cognitiewetenschappers en aanhang vrij spelen - het nachtleven van Andalsnes in. Nu is dat vrij beperkt, hoewel we wel het geluk hadden om het jaarlijkse dorpsfeest mee te maken, dus heb ik vriendjes gemaakt met de receptioniste en de kok. Dat leidde tot veel te veel alcohol (Scandinaviers steken Amerikanen naar de kroon wat 'binge-drinking' betreft) en pruimtabak, ik had ook niets anders verwacht. Misschien had ik beter bij tijds naar bed kunnen gaan, maar dat is helemaal niet zo eenvoudig als je een fikse en hardnekkige jetlag hebt. Zes uur tijdsverschil, slapen in het vliegtuig, stappen tot het ochtendgloren in Amsterdam en Oslo, en jezelf dan ineens bevinden op een plek waar het nooit donker wordt. Ik had zoiets nog nooit meegemaakt! Om een uur of 1 's nachts was het op zijn donkerst, maar nog altijd licht genoeg om buiten een boek te kunnen lezen. Weg was mijn zeitgeber om mijn ritme te resetten en dus waren er de nachtelijke wandelingetjes langs het fjord, op zoek naar trollen en elfjes. Leven daar waar het nooit donker wordt, je zal er in de zomer met een goed stel gordijnen wel aan kunnen wennen. In de winter echter, wordt het er nooit licht. Ik krijg al kippevel als ik er aan denk! Ik heb mijn dagelijkse UV fix hard nodig.
Met Josh heb ik een aantal mooie wandelingen en een rijtoer gemaakt en een hoop reisverhalen uitgewisseld. Hij leeft het nomadenbestaan al meer dan anderhalf jaar, voortdurend zijn beslissing om verder te studeren voor zich uit schuivend. Vooral de laatste wandeling was een memorabele. We startten niet ver van de oever van het fjord, waarvan ik me nooit echt gerealiseerd had dat het in verbinding staat met de zee, zout is en eb en vloed kent. Het is heel gaaf hoe de zee en de bergen in dat gebied zo dicht bij elkaar komen. Tijdens onze autoverkenning merkten we al op dat het beeld op de passen verdacht veel leek op taferelen die we ons uit de Himalaya konden herinneren. Het hoogteverschil, we liepen hier zo rond de 1000m, wordt volledig gecompenseerd door de Noordelijke ligging. We hadden er verder niet over nagedacht, waren van plan om een uurtje of 5 te gaan lopen en waren zonder kaart en in korte broek en t-shirt op pad gegaan. Dat was niet zo handig! Toen we de eerste vallei uitkwamen realiseerden we ons dat het seizoen nog moest beginnen en we twee van de vroegste wandelaars dit jaar waren. Wat een heerlijk idee, om vanuit de bewoonde wereld ineens zo in de ongerepte natuur te staan. Tussen de bergmeren, watervalletjes en besneeuwde toppen, onder de zon. Het waren echter niet alleen de toppen die besneeuwd waren, maar ook het pad. Tenminste, het gebied waarvan we dachten dat het pad er lag. De markeringen met rode verf waren vaak niet zichtbaar en we waren op steenmannen aangewezen die hun kop boven het witte dek uitstaken. Ook het smeltwater was een obstakel en ik leefde mee met Josh die dit alles op zijn sportschoenen te lijf ging. We overwogen nog om om te keren omdat we geen benul hadden waar we uit zouden komen, maar de berghut die we tegenkwamen gaf ons een enorme moraalboost. Bij hutten denk ik meestal aan bemande refuges, maar in dit gebied ging het om piepkleine huisjes voor algemeen gebruik. De deur openmaken voelt net als pakjesavond. Volgens de logboeken, waaraan wij de eerste Engelstalige bijdrage leverden in 20 jaar, was er vaak al maanden niemand meer geweest. Maar altijd was er een gasstelletje met thee, een bedje om uit te rusten en beschutting van de elementen. Dit alles volgens een solidariteitsbeginsel van doneren wat je niet nodig hebt. Geld, eten, een pak speelkaarten... En gelukkig hadden ze een routekaart, die we hebben nagetekend en gefotografeerd, zodat we onze tocht konden voortzetten. De route werd steeds moeilijker begaanbaar en we hebben er uiteindelijk 11 uur over gedaan voor mijn mobiele telefoon ontvangst had en we Josh's vader konden bellen om ons op te halen. Gelukkig dat het er niet donker werd, anders was het wel een benarde situatie geworden. Nu waren we slechts hongerig en vermoeid. Ook blij dat we niet door een rotslawine bedolven zijn, of een bevroren meer zijn ingegleden. En vooral vol van al het moois dat wij gezien hebben en niemand anders - hoewel jullie via de foto's een impressie kunnen krijgen.
Het congres duurde vijf dagen en sommige sprekers waren erg interessant, er waren een aantal zwaargewichten in het vakgebied aanwezig en wat presentaties die direct aansloten bij mijn werk. Maar het was zomervakantietijd, dus ik zat met het oog op wat nog komen ging wel te popelen om verder te trekken. Zo sprong ik na de laatste sessie op vrijdag in de nachtbus naar het vliegveld. In de vroege ochtend maakte ik de overtocht naar Berlijn, waar Floor me op het vliegveld stond op te wachten. Ze studeerde daar het afgelopen semester en elke keer als ik haar sprak of haar weblog las wilde ik het liefst meteen mijn koffers pakken, zo enthousiast maakte ze me met haar verhalen. Ik ben blij dat de kans zich voordeed om inderdaad bij haar op bezoek te gaan en samen de stad in te trekken. Ik heb New York met haar kunnen delen en nu kon ik haar vrienden ontmoeten en haar plekjes zien in Berlijn. Wat een toffe stad is dat toch! Zo ontspannen vergeleken met de VS, helemaal geschikt voor het leven van de 'Bohemian lifestyle'. Net als Williamsburg in Brooklyn trekt Berlijn hippe mensen van heind een verre. Maar waar in Brooklyn achter de hippe starving artist vaak een rijkeluiskindje schuilt, voelt het in Berlijn een stuk oprechter aan. Je loopt er met je halveliter fles bier over straat en doet je ding. De eerste paar dagen dat ik er was gold dat voor nog meer mensen dan normaal, aangezien de WK finale die zondag gespeeld werd. We zijn, vergezeld van mijn oud-huisgenootjes Josie en Thomas, gaan kijken op een lange afgezette straat, de 'fanmeile', waar een groot scherm voor de Brandenburger Tor hing. Het was een kleurrijke aangelegenheid, met supporters van allerlei pluimage die gewoon samen een feestje wilden bouwen. Zelfs Bill Clinton maakte even zijn opwachting. Het was een thriller van een wedstrijd en ondanks de kopstoot van Zidane bleef de sfeer tussen Italianen en Fransen goed. Ik was echter nog steeds niet over mijn jetlag heen en we hebben het volksfeest die avond aan ons voorbij laten gaan. De avond tevoren was ik al in een dansclub op de bank in slaap gevallen, dus mijn lichaam kon wel wat hersteltijd gebruiken. Samen zijn we op de toeristische toer geweest, ik verwijs wederom maar weer naar de foto's op http://indiana.facebook.com/photos.php?id=6847021&l=80dd5
In het centrum van Berlijn zijn, als gevolg van de hereniging, nog aan alle kanten bouwputten en er was veel veranderd sinds mijn laatste bezoeken (in '90 en '04). Nieuw voor mij waren het holocaustmonument (ik kan het wel waarderen, hoewel de lage betonblokken me wel aan sarcofagen doen denken) en het nieuwe hauptbanhof. Ook de bank met een soort walvis van binnen had ik nog nooit gezien en ik stond er met open mond naar te kijken. Dat is wellicht te wijten aan een audioinstallatie in het aangrenzende kunstcentrum, die uit niet meer bestond dan een koptelefoon met een herhalend audiofragment van twee minuten en een pulserend platform. Het wekte een illusie van snelheid en ruimte bij me op, de me deed twijfelen of iemand me niet stiekem geestverruimende middelen had toegediend. 'I was trippin' balls' zou men hier zeggen. Toch verreweg het leukste aan de stad, zijn de buurtjes als Friedriechshain en Kreuzberg. Lekker ronddolen en kijken wat je tegenkomt. Leuke winkeltjes met retro-artikelen. Een IJssalonnetje waar geluk toch echt te koop is: 'Kauf dich Glucklich'. Een buurtcafe waar iedereen samen naar Tatort kijkt. Een park waar ouders met kinderen die in hun blootje door de fontein rennen in harmonie samen leven met ladderzatte landlopers. Een fabriek die nu dienst doet als cafe en artspace en waarvan de silo's een nieuwe bestemming hebben gevonden als klimwanden. Zo veel te ontdekken en in zulk goed gezelschap, later in de week kwam ook Nick nog om me op te halen, dat ik er gerust de rest van de zomer had willen doorbrengen.
Het waren uiteindelijk vijf dagen voor dat moeilijke afscheidsmoment weer aanbrak en Nick en ik in de auto stapten en huiswaarts reden.
Echt thuis ben ik bijna niet geweest, mijn ouders waren nog in de VS en daarom heb ik elke avond bij vrienden in Amsterdam en Almere gelogeerd. Ik voelde me bij hen trouwens wel echt thuis. Ik heb heel veel vrienden die in de regio wonen kunnen zien en dat was heel erg fijn. Ik had besloten niet als een gek rond te gaan rennen en voelde daardoor geen druk op de ketel. Heb voornamelijk in parken en op terrasjes gezeten en lekker bijgekletst en dat had ik wel even nodig. Vooral ook omdat het met de uitvaart van Sven allemaal zo snel ging. We hebben met en grote groep middelbare schoolvrienden bij mij thuis kunnen barbecueen en zijn samen door het fotoarchief heengegaan. Het is tegenwoordig wel mogelijk om via skype e.d. mensen te spreken, maar om ze ook even te zien en een knuffel te kunnen geven heeft enorm veel toegevoegde waarde. Nog eens zes buitengewoon goede dagen. Als ik er zo aan terug denk verheug ik me al meteen op het moment dat ik weer voor onbepaalde tijd voet op vaderlandse bodem zet. Maar mijn zomer was een aaneenschakeling van series goede dagen, dus klagen doe ik allerminst. In mijn volgende stukje, dat hopelijk minder lang op zich laat wachten hoewel ik het momenteel druk heb, horen jullie hoe het avontuur van vijf Hollandse jongens die in de VS van kust tot kust trokken begon. Ergens in Oktober volgt de ontknoping. Laat? Misschien.. Maar nagenieten van de zomer kan zeker de tot de volgende zomervakantie duren als je het grondig aanpakt. Waarschijnlijk lopen de foto's op http://indiana.facebook.com/photos.php?id=6847021&l=80dd5 binnenkort vooruit op de tekst, hoewel de ongeduldigen onder jullie wellicht al eerder in deze lap tekst zijn afgehaakt.
Veel liefs vanuit het land van slappe koffie in reuzenbekers.
--Martin
-
27 September 2006 - 08:33
Angela:
Weer mooie verhalen :) Voor welk radiostation werk je precies? Vanuit de Universiteit of wat?
En kattenvlooien en dergelijken lijken me echt hell. Hmmm, that reminds me. Vannacht waren de katten lui en ben ik zelf op muggenjacht gegaan. Ik ben een waar talent. In één keer haalde ik zo'n zoemend rotbeest uit de lucht.. zal ik even langskomen? ;)
Oh, en Scandinavie lijkt mij juist de bomb! Dus.
En fijn dat je weer even in NL was. Snel langer blijven jij! Moet je weer ziehien! :)
Liefs,
Angela
ps. Je kaart is meeverhuisd naar Vlissingen hoor ;) -
27 September 2006 - 11:32
Tanteleen:
Mart! We houden van je! En ik mis je.
dikke dikke knuffel
Heleen -
27 September 2006 - 12:28
Charlot:
Mark en ik weten wat je doormaakt, wij hadden de eerste twee maanden ook last van een enorme kattenvlooienplaag hier in Amsterdam. Mijn benen zaten echt vol met rode bulten, ook leuk als je allergisch ervoor blijkt te zijn en met allerlei smeersels en pillen thuiskomt van de huisarts. Ik raad menthollotion aan!
Veel plezier verder nog, en hopen dat je wordt aangenomen bij de dramaserie!
Kusss Charlot -
28 September 2006 - 09:17
René:
Ik hoop toch echt dat je al deze verhalen bewaart. Ik krijg steeds meer een beeld van "Pioneers of psychologie,"welk ik destijds al erg inspirerend vond. Je reisverhalen en belevingen lijken een kruising tussen Descartes en Darwin. Wat volgt? Ik hou me aanbevolen voor je verzamelbundel dei ongetwijfeld een bestseller wordt (even ervan uitgaande dat je beroemd wordt).
Groeten,
René -
28 September 2006 - 09:53
Maarten Willem:
Gisteren met Laurens, Ruben, Storm en Erik naar Porcupine Tree in de Paradiso geweest. Je wordt nog steeds gemist! Ondanks jouw afwezigheid was het weer weergaloos. De eerste helft alleen maar nieuwe nummers van het album dat in de spring uit gaat komen en de tweede helft knalden ze zo mijn hardnekkige verkoudheid uit mijn kop!!!! Het gaat goed met alles. Tentamens gehaald, these zo goed als af, eerste stappen richting onderzoek gezet. Ik ga nu een pilot uitvoeren met Riek Somsen, maar daarvoor moet ik even twee boeken van 800 pagina's lezen...
Dikke kus, MW -
28 September 2006 - 10:24
Greke:
Hee lieve Marty,
avonturier alom! Wat maak jij toch veel mee... Genier er maar van! zoen -
30 September 2006 - 08:52
Annelies:
Lief neefie van me,
Met open mond lees ik je verhalen, jij maakt echt heel veel mee zeg! Ik mis je wel hoor...bedankt voor je lieve kaartje,
Kus, Anne en natuurlijk ook de groetjes van Matthias
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley